De kinderen worden volgens hun ontwikkelingsniveau verdeeld in groepen.
In de klas wordt elk kind zoveel mogelijk individueel benaderd.
Deze klas is voor kinderen met een basaal ontwikkelingsniveau en eventueel autisme of aanverwante stoornissen.
Communicatie gebeurt met foto’s, SMOG (spreken met ondersteuning van gebaren) of eenvoudige taal.
We bieden structuur aan door een strikte indeling van de klasruimte, een vaste dagindeling, gestructureerde activiteiten en spelmomenten. Alles wordt zoveel mogelijk visueel voorgesteld.
Er wordt veel individueel gewerkt aan sensopatische activiteiten, communicatie, zinvolle vrijetijdsbesteding en zelfredzaamheid.
Er zijn ook veel creatieve activiteiten (knutselen, muziek) en bewegingsactiviteiten (fietsen, zwemmen, springkussen, psychomotoriek, dansen, paardrijden, wandelen).
Deze klas is bedoeld voor kinderen die nood hebben aan een gestructureerde omgeving en veel individuele begeleiding.
Het aanleren van een goede werkhouding, het ontwikkelingsgericht werken, voorbereidend lezen, rekenen en schrijven afwisselend met functionele, motorische en creatieve activiteiten staan centraal in de klas.
Er is veel aandacht voor het aanleren van sociale vaardigheden en emotionele ontwikkeling en voor functionele activiteiten zoals winkelen, koken, persoonlijke verzorging en huishoudelijke taken.
Deze activiteiten worden tijdens de individuele werkmomenten en tijdens groepsmomenten aangeboden. Bij alles is structuur en afwisseling belangrijk. Uiteraard krijgen de kinderen ook nog de tijd om te spelen.
In deze klas wordt er vooral functioneel gewerkt aan een aantal basisvaardigheden op gebied van taal, motoriek en zelfstandigheid.
Er is veel aandacht voor functionele activiteiten zoals winkelen, koken, persoonlijke verzorging en huishoudelijke taken.
Op motorisch gebied gaan de kinderen zwemmen, paardrijden, turnen, fietsen en naar het luchtkussen, zij krijgen ook schrijfdans.
Zij zijn ook creatief bezig : knutselen, muziek en expressie.
Uiteraard is er ook veel aandacht voor spelen : met allerlei speelgoed leren omgaan, leren samen spelen, gezelschapsspelletjes, computer, puzzelen.
In deze klassen wordt er gewerkt aan de cognitieve vaardigheden op ieders niveau.
Daarnaast werken we ook aan de zelfstandigheid : winkelen, koken, huishoudelijke taken, hygiëne, … De leerstof is praktisch, functioneel en wordt zoveel mogelijk ontleend aan de omgeving van het kind.
Regelmatig gaan we op uitstap. Zodoende leren wij ons te verplaatsen in het verkeer en te gedragen in het openbaar. Voorbeelden van uitstappen zijn : de boerderij, de bibliotheek, de post, het ziekenhuis, de markt, de stad, …
Na deze rechtstreekse ervaring wordt de leerstof verwerkt in de taallessen en werolessen. We besteden aandacht aan de woordenschat om de communicatie te bevorderen, waar mogelijk ook aan technisch en begrijpend lezen.
Ook het maatschappelijk rekenen en lezen staan op het programma. Het werken met geld, omgaan met getallen, lezen van pictogrammen, kloklezen en het lezen van de kalender, wegen en meten,… komen aan bod.
Ter kennismaking met mogelijke toekomstige hobby’s leren we turnen, zwemmen, knutselen, schaatsen en paardrijden.
Deze werking bestaat uit een intense samenwerking tussen leefgroep en school waar de klas integraal deel uitmaakt van de leefgroep en de gemeenschappelijke zorg en onderwijs de hoofddoelstelling is.
We richten ons tot de kinderen voor wie het naar school gaan moeilijk is omwille van de vele overgangen, drukke schoolomgeving en steeds wisselende personen.
Met een geïntegreerde werking beogen we vooral een meer individuele aanpak met een rustiger en duidelijker dagverloop en meer zorg en onderwijs op maat.
In de Geïntegreerde werking is er een multidisciplinaire samenwerking tussen de leerkrachten van beide scholen (BuLO en BuSO), de opvoeders van de leefgroepen en de paramedici.
Door met elkaar bezig te zijn in vertrouwen komt er een relatie met de leerlingen tot stand die in onze school de voornaamste prioriteit vormt.
Vanuit de relatie tussen de kinderen en jongeren en hun leerkrachten kan gewerkt worden aan de hulpvraag die door het kind met een mentale beperking gesteld wordt. Elke hulpvraag is specifiek.
Met alle betrokkenen (leerkrachten, CLB-consulenten, directie, …) wordt regelmatig nagegaan (door overleg in de klassenraden) of we nog een goed antwoord bieden binnen onze werking.
Afhankelijk van de hulpvraag worden de leerlingen geplaatst in dié klasgroep die voor hen de meeste kansen biedt om te komen tot een zo groot mogelijke graad van ontwikkeling op weg naar een zo groot mogelijke graad van zelfstandigheid.
In het begin van het schooljaar wordt per klas een groepswerkplan en per kind een individueel handelingsplan opgesteld. Niet alleen de klasleerkracht is hierbij betrokken maar ook het CLB, de therapeuten, de orthopedagogen en de ouders. In de loop van het schooljaar worden aan de hand van de observaties en de prestaties van de kinderen het handelingsplan bijgestuurd.
In het tweede trimester krijgen de kinderen die overgaan naar het BuSO bijzondere aandacht in de klassenraad.
Van de andere leerlingen wordt in het derde trimester een eindevaluatie opgesteld.
Soms heeft een kind op een bepaald gebied moeilijkheden die niet uitsluitend in de klas kunnen opgevangen worden. Dan wordt het kind apart genomen en individueel begeleid door een therapeut. Zo kunnen de kinderen met speciale moeilijkheden bij volgende personen komen :
Bij de logopedist(e) : voor spraak- en taalstimulatie en voor voorbereidend, beginnend, voortgezet en begrijpend lezen.
Bij de ergotherapeut(e) : voor het oefenen van fijne motoriek, schrijven, werkhouding,…
Bij de kinesitherapeut(e) : voor algemene motorische stimulatie, evenwicht, houding, spiertraining…
Al deze therapieën zijn op elkaar afgestemd. De verschillende therapeuten werken ook voortdurend samen met de klassen.
Zij werken ook klasondersteunend bij :
taalactiviteiten, maatschappelijk lezen, winkelen, koken (logo)
zwemmen, fietsen, paardrijden (kine)
crea, huishoudelijke activiteiten, schrijfdans (ergo)
Het zorgteam bestaat uit een ambulante leerkracht, een logopedist, een kinesitherapeut, een ergotherapeut en een zorgcoördinator. Het zorgteam komt wekelijks samen om speciale zorgvragen of tijdelijke problemen vanuit de klas te bespreken en er via individuele begeleiding een antwoord op te geven. Dit kan heel gevarieerd zijn vb. enkele weken extra therapie of individuele hulp tijdens klasactiviteiten tot het probleem opgelost is.
De leerlingen van de lagere school kunnen genieten van de omkadering van het Multifunctioneel Centrum (MFC).
De lagere school en het internaat/semi-internaat van het MFC Sint-Jozef zijn nauw met elkaar verbonden. Er is een intense samenwerking tussen het personeel van het centrum en dit van de school. Er is regelmatig overleg tussen de verschillende medewerkers van de school en het internaat/semi-internaat en trimestrieel zijn er klassenraden waarop de leerlingen worden besproken.
Contact MFC
Algemeen nummer: 09/222 52 32
Opnameteam :